De Keizerlijke Stad is de belangrijkste bezienswaardigheid van Hué. Vanuit dit ommuurde fort en paleis regeerden de keizers van de Nguyen-dynastie. Ze hielden er audiëntie en voltrokken religieuze riten die nodig waren om de harmonie tussen hemel en aarde te bewaren. Deze citadel is een geweldig mooi complex van tempels, paviljoens, tombes, muren, grachten, toegangspoorten, musea, winkels en galeries, waar je de geschiedenis van Vietnam ziet. Het is er heerlijk rustig, iets wat je niet snel op andere plekken in Vietnam zult tegenkomen.
De citadel is ernstig beschadigd. Vooral door de gevechten tussen de Fransen en de Viet Minh, en tussen de Amerikanen en de Vietcong en tijdens het Tet Offensief in 1968. Het resultaat zijn lege plekken, maar nog steeds is het complex majestueus. De hoofdingang, de Ngo Mon, was vroeger gereserveerd voor de keizer. Klim naar de tweede verdieping voor een mooi uitzicht over de binnentuin. De ingangen links en rechts van de keizerlijke entree waren bestemd voor de burgerlijke en militaire Mandarijnen. Via ingangen in de vleugels kwamen soldaten, paarden en olifanten de stad binnen.
Ben je de hoofdingang door dan voert een brug tussen lotusvijvers je naar een voorplein met twee terrassen op verschillende niveaus. Op dit plein, San Dai Trieu Nghi, kwamen de Mandarijnen uit alle delen van het rijk samen om de keizer te eren. Hoe hoger je rang, hoe hoger je op de terrassen mocht plaatsnemen. De linkerkant van het terrein was voor burgerlijke Mandarijnen en de rechterkant voor de militairen.
Thai Hoa Dien
Het Thai Hoa Dien (het Paleis van de Opperste Harmonie) is het paleis waar de keizer de buitenlandse afgezanten en andere hoge gasten ontving. Ook was dit de plek waar keizers gekroond werden. Het gebouw heeft twee daken met goudgele tegels en een dakrand versierd met draken die over het dak 'kruipen'. Er staan tachtig zuilen die zijn bewerkt met confuciaanse teksten. Het paleis is zo gebouwd dat het in de zomer koel blijft en in de winter warm.
Verboden Purperen Stad
Achter het Thai Hoa Dien ligt de Verboden Purperen Stad, Tu Cam Thanh. De stad met deze bijna magische naam diende als het privé-terrein van de keizerlijke familie. De enige personen zonder keizerlijk bloed die hier naar binnen mochten, waren eunuchs, gecastreerde gevangenenbewaarders die geen bedreiging vormden voor de concubines en vrouwen van de keizer. Overtreders kregen de doodstraf.
De Verboden Purperen Stad is gebouwd in navolging van het hof van de Chinese keizers in Beijing. Het weerspiegelt het introverte karakter van de Vietnamese keizers. Het gebouw kreeg de bijnaam het Grote Binnenste. Alleen de keizer en zijn familie mocht de Verboden Stad betreden. De stad is in de jaren '60 - '70 van de vorige eeuw ernstig beschadigd tijdens het Tet Offensief. Maar het complex is nog steeds indrukwekkend en wordt momenteel gerestaureerd door UNESCO.
Het terrein wordt omringd door een bakstenen muur met zeven poorten. Hier stonden ooit tientallen gebouwen. Het westelijke gedeelte was bestemd voor de harems van de keizer. De bibliotheek, het theater en de archieven lagen in het oostelijk deel van de stad. De zuidelijke gebouwen waren gereserveerd voor officiële aangelegenheden, de noorderlijke voor het privéleven van de keizer.
Wanneer je de Verboden Purperen Stad binnenkomt passeer je een binnenplaats waar destijds begroetingsceremonies plaatsvonden. In de kleine gebouwen links en rechts op het terrein bereidden de Mandarijen zich voor op deze ceremonies.