Singapore heeft ruim 4,5 miljoen inwoners die met zo'n 6500 personen per vierkante kilometer wonen. Een behoorlijk dichtbevolkt stukje wereld dus. Het overgrote deel van de bevolking, zo'n 77 procent, komt uit China, 14 procent zijn Maleisiërs en de derde grootste groep komt uit India en vormt bijna 8 procent van de Singaporezen.
De Chinezen kwamen in de negentiende en twintigste eeuw als immigranten op zoek naar werk en een beter leven. Al snel creëerden zij hun eigen leefgebieden en behielden ze hun eigen Chinese dialecten.
De Maleisiërs zijn de oorspronkelijke bewoners van Singapore en komen uit het schiereiland van Maleisië en Indonesië. De Indiërs waren op weg naar Malaya, een Britse kolonie op het Maleisisch schiereiland, en stopten in Singapore om te werken op de plantages. De meesten trokken verder naar Malaya maar een klein deel bleef achter in de nieuwe kolonie.
Elke wijk zijn eigen cultuur
Nog steeds zijn de verschillende bevolkingsgroepen te herkennen in de stad want elk heeft zijn eigen district. Je kunt in Singapore drie Aziatische culturen in één dag bezoeken. Chinatown is erg opgepoetst maar op sommige plekken zie je wat van de authentieke Chinese cultuur terug. Het is een erg aantrekkelijke en levendige wijk om te bezoeken.
Little India is wat minder clean en meer rommelig, maar juist daarom zie je het echte Indiase leven. Je ziet er veel winkeltjes waar ze Indiase muziek en Bollywood films verkopen en er zijn honderden eettentjes met specialiteiten uit zowel het verre noorden van India tot het diepe zuiden. De Maleisische cultuur is wat minder prominent aanwezig. Zij trokken naar het oosten van de stad, naar Geylang en Katong. Hier zie je op sommige straathoeken nog iets van de Maleisische charme.
Lifestyle
De verschillende bevolkingsgroepen leven veelal naast elkaar, maar als een welvarend land wil Singapore graag gemeenschappelijke unieke identiteit. Van Singaporezen wordt vaak gedacht dat ze alleen maar uit zijn om het hardst geld te verdienen en dat ze het credo 'the winner takes it all' maar al te graag aanhangen. Andere uitspraken over de volkspsyche zijn 'everything also must grab', 'keep coming back for more' en 'rushing and pushing wins the race'.
De overheid promoot een soort neo-Confuciaanse idealen: dienstbaarheid richting je familie en de maatschappij, hard werken en het verlangen naar succes. Verder hebben de Singaporezen gemeen dat ze gelukkig wat zelfspot hebben en om zichzelf kunnen lachen. Ze zijn dus behoorlijk competitief en zijn bang om te verliezen, maar tegelijkertijd besteden ze relatief veel tijd aan vrijwilligerswerk.